

Morgen is beter
ONGEPOLIJST
Veerle Roos
Wanneer elke bloemenweide
waar je ooit verbleef
na verloop van tijd
een mijnenveld bleek,
wanneer elke heldere hemel
vroeg of laat
werd overdonderd
door een mokerslag:
dan blijf je liever zitten
op de puinhoop van je bestaan
dan nog een voet te zetten
op wat de hemel op aarde lijkt!
Zoek toch maar: desnoods
tussen vrees en wanhoop
in de zwartgeblakerde grond
van het smeulende slagveld
naar de belofte van een nieuw begin
Woorden helen
behalve
wanneer alles in mij
GEVAAR
schreeuwt
en ik zo bevries
dat zelfs mijn adem
nauwelijks
aan mijn keel ontsnapt
Wanneer tussen
denken en spreken
een ijskoude kloof
mijn wonden
en woorden
verdooft
blijft het stil
tot ik klam en bezweet
adem geef aan een gil
en me afvraag of die echt was
of enkel in mijn droom weerklonk
mijn gedachten
open en bloot
te lezen
is het niet koketteren:
mezelf zo tonen?
kijk mijn pijn!
misschien voelt het zo rauw
omdat ik het zo lang
wegstopte
dat het in mij GEBRAND werd
en het naar de oppervlakte brengen
voelt
alsof ik
ongekleed
in de ijzige tocht sta
ik twijfel over
de zin of onzin
van het etaleren
van mijn ziel
maar ik moet
- iets -
doen
met de malende stroom
van gedachten
zonder zinnen
zoals proberen me eruit te schrijven
voor ik er in onder ga
en pas weer
boven kom drijven
wanneer het te laat is
De warme zachtheid van mijn bed
herbergt een verraderlijke zwaarte
die alles naar zich toe trekt.
Het is er veilig.
Het is er alleen.
Alleen zijn is veilig.
Alleen zijn voelt eenzaam.
Veilig zijn voelt eenzaam, hoezeer
mijn geliefden ook de hand uitreiken
om mij weer de wereld in te brengen.
Schrijvend vind ik
mezelf
mijn geliefden
en de wereld
weer terug.
Ik was niet
al die tijd
boos op jou
Ik probeerde jou
al die tijd
te vergeven en vergeten
Ik was
al die tijd
boos
op mij
Dat is gemakkelijk:
ik kreeg het
met de paplepel binnen
Ik slik al
sinds je weg ging
woorden in
die mij
vergiftigen, tot ik ze
als een balorige puber
uitspuw:
"Ik haat u!
Ik haat u!
Ik haat u!"
Terwijl fluistert
het bange kind
nog steeds:
"Zie mij graag!
Niet slaan!
Ik zal braaf zijn!"
Ik heb geleerd
te zwijgen
voor ik leerde
te spreken
De waarheid
was
onbespreekbaar
De waarheid is
dat ze
niet alleen mij
kwetst
Ik was mijn stem
niet kwijt...
Ik wist perfect
Waar ze was
Ze verdronk
in de woorden
die ik niet kon zeggen
Als ik wil helen
moet ik durven
mijn woorden
hun vrijheid te geven
Moet ik
spreken
tot ik weer kan
zwijgen
Zelfs als mijn hoofd wil vergeten
herinnert mijn lichaam
zich alles nog scherp...
Wanneer ik tegen mezelf zeg dat het oké is
en mijn zenuwen een ander verhaal vertellen
Wanneer ik weet dat ik hier veilig ben
en de haren in mijn nek toch steigeren
Wanneer ik thuis kom in zijn armen,
en mijn hartslag op de vlucht slaat
Wanneer een deur dicht slaat met de wind
en ik ineen krimp omdat het klinkt als de echo van gevaar
Wanneer ik val en breek,
en alles wat ooit heelde opflakkert en mij onderuit haalt
Wanneer ik opsta
en vergeten littekens mijn dag besmeuren
Wanneer ik een nieuwe dag tegemoet kijk
en ik mezelf eraan herinner:
je bent hier, je bent nu, je bent veilig...
...gelooft
mijn lichaam
dat
nog
altijd
niet
Ik zal braaf zijn
huilde ze bang!
Ze probeerde het wel,
braaf te zijn
Maar het lukte het haar nooit
om braaf genoég te zijn
Braaf genoeg
om geen woede-uitbarsting te veroorzaken
Braaf genoeg
om géén klop te krijgen...
Braaf genoeg om te weten
dat ze maar beter kon zwijgen
Braaf genoeg om te weten
dat ze beter niet kon vragen
wat het wilde zeggen
als ze
De nagel van mijn doodskist
werd genoemd
Ik was
Te klein
Te stil
Te traag
Te bang
Te dromerig
Ik had
geen haar
op mijn tanden
Ik haalde
het bloed
van onder
haar nagels
De nacht
was van mij
Met mijn duim
in mijn mond,
een zacht doekje
tussen vinger en neus
en mijn ogen gesloten
was ik veilig,
werd ik gered!
Dan was ik
Sterk genoeg
Luid genoeg
Snel genoeg
Moedig genoeg
Mocht ik
zacht zijn
en dromen
Tot het
weer ochtend werd
en niemand zag
wie ik kon zijn
Het holst van de nacht
is een kleverige massa die
mijn borstkas verstikt
met golven van angst die mij
de diepte inzuigen
Fragmenten van ooit
overspoelen mijn slaap
met wrakhout
van vergeten wanhoop
In het warme, zachte bed
strekt een arm
zich als een reddingsboei
naar mij uit
Bewustzijn
vecht naar de oppervlakte
en sleept mij naar de haven
van het hier en nu
Terwijl de drum in mijn hart vertraagt
adem ik diepe teugen troost,
weet ik me veilig thuis
De handen van een moeder
als symbool voor
de veiligste plaats ter wereld
behalve voor hen
Dezelfde handen
die 's avonds
een kruisje op hun voorhoofd zetten,
sloegen overdag
op hun lijfje
De handen van een moeder
als symbool voor
de veiligste plaats ter wereld
behalve voor haar grote zus
toen ze met de rug
tegen de muur
een mes tegen haar keel
geduwd kreeg
De handen van een moeder
als symbool voor
de veiligste plaats ter wereld
behalve voor haar grote broer
toen ze zijn hoofd
tegen de muur sloegen
De handen van een moeder
als symbool voor
de veiligste plaats ter wereld
behalve voor haar:
Dat éne ogenblik
waren ze de
'op één na gevaarlijkste'
De gevaarlijkste plaats
kon ze zien
die lag daar beneden
voorbij de boze handen
voorbij de grijze dakgoot
voorbij de meters
tussen het zolderraam
en de straatstenen
Wie zou ik zijn
als ik niet dat kind was?
Wie zou ik zijn
als ik niet die klappen kreeg?
Zou mijn glimlach echt zijn
in plaats van gebeiteld
over een grimas van pijn?
Zouden mijn ogen zwijgen,
zouden ze stralen in de nacht?
Zou er verdriet zijn om te verstoppen
of zou ik iemand zijn die écht lacht?
Wie zou ik zijn als mijn wieg niet dáár stond?
Als de ooievaar mij ergens anders bracht?
Wie zou ze zijn
als ze niet mijn kind was?
Ik maakte zoveel fouten!
Verdien ik dat ze me vergeeft?
Ook wanneer het leven
je geen klappen geeft,
kan je zeggen
dat je hebt geleefd
I was not angry and bitter:
I was sad and hurt!
And all those things
that I did not want to be,
piled up inside me until it started
leaking from my pores and
bursting out from between my seams.
As I am slowly feeling
every feeling of the child
that I buried deep inside me,
I am giving me space to cry and heal,
I am unlearning all the harsh lies
that life has taught me
and I am learning what it is like
for the very first time
to really - just - breathe.
Het kind
dat altijd lacht
een zonnetje
waarvan niemand zag
dat het alsof was
Niemand
die dwars
doorheen haar ogen
het gekwetste kind zag
dat maar één ding
verlangde:
HOU VAN MIJ
hou genoeg van mij
om de waarheid te zien
hou genoeg van mij
om niet op mij te kloppen
hou genoeg van mij
om niet tegen mij te brullen
hou genoeg van mij
om mij niet in de steek te laten
hou genoeg van mij
om mij te beschermen
tegen zij die er niet toe in staat zijn
Wanneer ik onverwacht
in een herinnering
gegooid word
die ik liever bleef vergeten
sta ik
niet meer
in mijn keuken
groenten te snijden
Maar bibberend
op kousenvoeten
op het grauwe tapijt
van mijn kindertijd
naast stukgekauwde
schoenen en meubelpoten
ongerust te wachten
op een ondeugend teckeltje
dat nooit meer
het hoekje om komt gelopen
omdat het levenloos
tegen een muurtje geschopt ligt
Ik draag zorg voor een klein meisje
Ze woont ergens diep in mij
Ik was ooit haar
En soms is zij mij
Wanneer ze overstuur is
Dan staan we zij aan zij
Ik leer haar dat we veilig zijn
Op een dag wordt zij weer blij
Er woont ook nog een feeks in mij
Zij vloekt bij alles wat ik doe
En als ik weer wat licht kan zien
Klapt zij de luiken toe
Ze kan het niet geloven
Dat ik soms blij kan zijn
Dan duwt ze mij de diepte in
Ze jaagt me op, ze maakt me klein
Ze kan echt niets verdragen
Ze doet me telkens pijn
Ze blijft me angst aanjagen
Hoe kan ik nu gelukkig zijn?
Het meisje is een overlever
Zij was ik en ik ben zij
Op een dag temmen we de feeks
Ooit is de pijn voorbij
Samen maken we die feeks
In mijn kopje
Klein
Het was gemakkelijk
een held te zijn
in de ogen
van het kleine meisje
Hij hoefde alleen maar
niet op haar te kloppen
niet tegen haar te brullen
en haar af en toe
mee te nemen uit de hel
Het kleine meisje
wist later pas
de man
die telkens weer
-nadat hij nachten lang
ruzie maakte met zijn vrouw-
het huis uitvluchtte
en zijn kinderen dagen lang
bij haar achterliet
in het geweld:
Hij was geen held
Oh kind toch
Wat voelt dit
diep
zwaar
heftig
echt
Wat je voelt
is niet nu
Wat je voelt
was ooit
Kijk eens om je heen
Zie je waar je bent?
Hoor je waar je bent?
Je bent hier
in het nu
Zie je
dat het veilig is?
Je werd
getriggerd
Wat je voelt
is een herinnering
Wat heb je nodig
om terug te keren
naar wat
Hier
Nu
en
Veilig
is?
Kan je diep in
en rustig
terug uit
ademen?
Je bent
groter nu:
troost je
het kleine bange kind?
Neem je het mee
naar het veilige
hier en nu?
Laat je het
uithuilen?
Toon je het
dat het
voorbij is?
Toon je het
dat het niet meer
alleen is?
Toon je het
dat het niet meer
bang hoeft te zijn?
Geschrokken
dreef ze op de vlucht
als een ballon aan een touwtje
tot ze ergens was
waar er niets meer was:
geen bus, geen halte
geen auto, geen panne
geen omweg, geen veldweg
geen man, geen baard
geen handen, geen tranen
geen lijf, geen pijn
geen heden, geen herinnering
geen schrik, geen schuld
het ondenkbare
dat haar overkwam
verdween
achter slot en grendel
in de vergeetput
van haar bovenkamer
Hoe de man
die onnoemelijke dingen
met haar deed
sprak over psychologie
en valse herinneringen
en zo met voorbedachtheid
haar woorden hun kracht ontnam;
zodat ze niet over haar lippen durfden,
in haar hoofd rondjes bleven draaien
en haar jeugd aan scherven maalden!
Tot ze de dag van zijn ontmaskering
over elkaar en haar lippen rolden
en de illusie van geluk
aan flarden sneden
Ik werd
Bedreigd
Geklopt
Geschopt
Geslagen
Geduwd
Gekwetst
Gegooid
Gesleurd
Gekneusd
Gebroken
Genegeerd
Gekleineerd
Geterroriseerd
Getraumatiseerd
Uitgescholden
Onderdrukt
Verwaarloosd
Verwond
Verlaten
Vernederd
Verkracht
Aangerand
Aangevallen
en
Verraden
Dat alles
tussen
te veel en ontelbaar
(I survived)
Mijn leven werd ondraaglijk
het kroop onder mijn huid
Mijn spirit hield het voor bekeken
knipte dan het licht maar uit
Komt nog wel es kijken
vanachter het gordijn
kruipt dan terug onder het deken
wil hier eigenlijk niet zijn
Ruw ontwaken
en weten
dat het
maar een droom was
over de tijd
dat ze een meisje was
en het monster
niet onder
het bed zat
maar ernaast
over
de aanraking
die vederlicht
maar ongewenst
was
en
dat ze zich niet
uit de armen van Morpheus
kon bevrijden
om ook maar iets
te doen.
Het monster:
dat overdag
opnieuw in zijn vermomming kroop
van doodgewone jongen.
Het voorval
dat
verdween
in haar hoofd
tussen de slaapdronken
(gevoerde?)
watten
Het verleden
een steekkaartenkast:
propvolle lades
met alles wat je gevormd heeft
in welke zin dan ook
tot wat je nu bent
Gevoeligheden en tekortkomingen
Kraters en builen
Littekens en open wonden
Instinct en intuïtie
Schade en schande
Succes en tegenslag
Er zitten duiveltjes
in mijn kast
genaamd trigger
en trauma
en elke keer als die
met de laden klapperen
en steekkaarten in het rond smijten;
gillen of
fluisteren de echo's
van het kind dat ik was
in mijn hart en
in mijn hoofd
hoewel
woorden en gedachten
rauw en ruw
uit mij stromen
om daarna
bijgeschaafd
te worden
tot iets wat draaglijk is
voor het oog van een lezer
blijft er zoveel
ongezegd
onuitgesproken
ongeschreven
het vraagt een oceaan
aan tranen
om mijn binnenkant
te polijsten
van emoties
die zoveel pijn doen
dat ik ze niet
gegoten krijg
in woorden en zinnen
herinneringen die mij
schuddend en bevend
meenemen
in een draaikolk
van alles en niets
pijn en verstomming
oorverdovende stilte
en verblindende duisternis
waar zelfs ademhalen
een gevecht wordt
dat ik niet kan winnen
waar ik enkel ontsnap
door mezelf mee te nemen
naar wat hier en nu en veilig is
Het was de laatste klap
die me kraakte
Het warme nest
dat ik gevonden had
werd bewoond
door een roofdier
in schapenvacht
en
bleek een slachtbank
der onschuld
Mijn herstelde zelf
brak
langs oude barsten
in ontelbare stukken
Dag na dag
schraap ik
mijn scherven
bij elkaar
en lijm ze met
hervonden woorden
tot een verhaal
waarlangs ik
de diepte
ontvlucht
Herinneringen
aan onschuld
voor altijd vertekend, door één mens
Vanuit de rollercoaster
van razernij en verdriet
moest ik razendsnel schakelen
en zacht de schouders zetten
onder het helen en herstellen
van het liefste dat ik lief heb
nog liever rukte ik zelf
mijn hart uit mijn lijf
als dat de klok zou terugdraaien
maar ik kan het beter houden
om te houden... van wat blijft:
de liefste(n) die ik lief heb
Een geliefde afschermen
voor jouw pijn
is een zwaarddans
die zich afspeelt
op het snijpunt
tussen niet vragen
en niet vertellen
Achter het onzichtbare schild
van onuitgesproken gedachten
wijken de parallelle wegen
van ratio en gevoel
geen duimbreed
en voegen
weggeslikte tranen zich samen
tot een kolkende rivier
die je
uit elkaar
drijft
hoeveel
zou ik ongedaan maken
om zijn daden uit te wissen
ALLES
maar net zo min
als dat ik mijn eigen wonden
kan wegnemen,
kan ik die van een ander
ongedaan maken
we moeten allen verder
gekwetst en beschadigd
hoe ondraaglijk ook
de gedachte
dat iemand hen dezelfde pijn
bezorgde als die
die mij ooit zó uitholde
dat er slechts een huls overbleef
Met veel
liefde en geduld,
met gladgeschoren gezicht
voor zachte kussen
en oneindige knuffels
ontdooit hij mij
en neemt mij mee
over smeltpunt
naar hoogtepunt
Al liggen
hardnekkige demonen
soms op de loer
om mij vroegtijdig
en onafwendbaar mee te sleuren
naar ijzingwekkende diepten
Met behoedzame stapjes
en zonder de diepte in te kijken
gaan we telkens weer op weg:
de tocht
gelijkwaardig
aan de bestemming
Knetterend
van het ene uiterste
naar het andere
en terug
In verdoving wil ik graag voelen
In overspoeling wil ik vervagen
In eenzaamheid wil ik aangeraakt
In omhelzing voel ik mij gevangen
In een blik wil ik vluchten
Laat mij niet alleen
Raak mij niet aan
Blijf
als je kan
als je wil
Blijf
als ik je toelaat
als ik kan
kapot
stuk
beschadigd
gebroken
versplinterd
uitééngerafeld
het kost zoveel moeite:
doen alsof ik heel ben
ik krijg mezelf
niet meer bijeen gepuzzeld
bijeengehouden
door smurrie en wilskracht
ineenzakkend
wanneer niemand kijkt
ik ben zo moe van doen alsof
ik er ben
dag na dag
raap ik mezelf bijeen
het kind in mij onherstelbaar
ikzelf onvindbaar
je ziet
niets
aan mijn buitenkant
binnenin
ben ik tegelijk oké en niet oké
levend en dood klinkt wat drastisch
oké klinkt niet fantastisch
maar valt te verkiezen
want niet oké,
is beter
dan niet zijn
al droomde ik daar soms van
wanneer niet oké
te zwaar werd,
de glimlach
te moeilijk,
en doen alsof ik heel was
mij helemaal aan flarden trok
Ik zal het nooit proberen.
Als ik het doe
dan zal je nooit weten
dat ik afscheid nam
zal je nooit weten
dat het te zwaar werd
Ik wil wel: altijd blijven
als ik kan
Ik vrees de dag
dat al mijn kracht
niet genoeg zal zijn
en verdriet en pijn
het van mij winnen
Tot dan
is er telkens weer
een ademhaling
een dag
een blik
een lach
Tot dan
blijf ik vechten
Tot dan
en daar voorbij
hoef je niet te weten
dat er geen weegschaal bestaat
die in de juiste richting slaat
Tot nooit
verandert in voor altijd
en daar voorbij
zal ik
je liefhebben
Ik ben niet
dieper aan het zinken
ik wás al op de bodem
en zette me daartegen af
Nu heb ik de kracht
te weten waar ik sta
beter worden gáát niet vanzelf
her-stellen
is vallen
opstaan
aftasten
proberen
en pas een nieuwe stap zetten
wanneer de vorige
is gedaan
Tot ik sterk genoeg ben
om te voelen
zonder weer kopje onder te gaan
De aantrekking
om af te dalen
langs een weggetje
zo steil
dat er geen weg terug is
Zo ver en diep
dat er alleen nog
eenzaamheid is
Waar tijd
gemeten wordt
door de ene voet
voor de andere
Waar niets moet
niets nodig is
behalve
nog
een stap zetten
richting
gifblauwe wateren
waar een schuilplaats wacht
onder een roerloze spiegel
met de tijdloze schoonheid
van vergankelijk bos
Daar zitten
aan de afgrond
met niets
dan de grond
die je botten verkleumt
Het ritme
van de spanning
die door je hoofd
suist
vertraagt
Diep in
en langzaam uit
vult de rust je longen
Tot je de kracht vindt
de rug te keren
naar de verleiding
van het grote niets
En de weg
te veroveren
omhoog
terug
naar het leven
Het is niet
alsof ik hier gráág zit
denk ik
En toch lijk ik
hier
keer op keer
te belanden
Het is hier donker
en eenzaam
maar ook
Veilig
Ver weg
Verstopt
voor de wereld
en mezelf
Zelfs als ik alles kapot
relativeer
is het nóg moeilijk
om er weer uit te raken
Ik ken de weg
Ik weet
waar het licht is
Maar soms schijnt het te fel
en doet zélfs dat
pijn
Ik keek het leven in de ogen
en schrok van zijn schaduw
Op eenzame hoogte
keek ik de diepte in de ogen
Gij jaagt mij geen angst meer aan
Ik keek de dood in de ogen
en wenste van haar te zijn
Zij joeg mij geen angst meer aan
Op eenzame hoogte
danste ik met haar schaduw
tot ze mij afwees
Ik keek angst in de ogen
en haar schaduw
nestelde zich in de mijne
Eenzaam bleef ik achter
Zwijgend schreeuwen
tussen nooit en voor altijd
Niemand die mij redden kon
behalve ikzelf
misschien
To walk into
the house on fire
knowing too well
it will eat me alive
Not to run
but to sit
in the fear
that lives in me
Don't take up space
Stay away
from the spotlight
Stay safe
To jump
into the ocean
and roll
with the tide
Rock bottom
has a sinkhole
that drags me
deeper still
Being able to swim
won't keep me
from drowning face down
in a puddle of rain
is er een woord voor?
voor een hart dat verpulvert
en onder ingeslikte tranen
verweekt tot moes
kijkend
naar iemand
die een moeder verliest
en met genegenheid
aan haar terugdenkt
En - jaloers - zijn
want ik heb een moeder...
waarover ik over droom
en badend in angstzweet ontwaak,
versteend door haar stem
ben ik slecht
als ik verlang
naar een andere moeder
dan diegene die ik had,
maar los liet
omdat vasthouden
zoveel pijnlijker was
Het is een route zonder
eindpunt, ik ben altijd
onderweg
Ik weet waar ik heen
wil, maar de weg is
lang en zwalpt langs ravijnen,
rivieren en grachten,
Flashbacks
en herinneringen aan donkere nachten
Jarenlang vermeed
ik ze en verspeelde mijn krachten
Maar met elke struikelsteen die ik
uit de weg ruim, kom ik dichter bij
verzachten
Voor het eerst
in mijn leven
heb ik geen plan
Ik deed niets anders dan
nadenken
bespeuren
inschatten
informeren
plannen
twijfelen
bijsturen
Dat
ben ik
niet meer
De nieuwe ik
is onderweg
Ze wacht nog even
op het vervellen
van de kinddelen
die nog moeten helen
Wat
Wie
Hoe
Waar
Wanneer?
Dat
weet ik niet
Voor het eerst
in mijn leven
heb ik geen plan
9de prijs in de Kronkelwedstrijd 2021 van vzw Uilenspiegel.
Aan de buitenkant
spiegelen
wat ik wilde zijn
doortastend
scherp
succesvol
schijnbaar moeiteloos
alle ballen in de lucht
maar ik weet niet meer
wie dat is
want
daar binnenin
die veilige muren
ver weggestopt
voor voelen
in een fort van ratio
dat is niet
wie ik wil zijn
Muziek als medicijn.
Hetzij luidruchtig en uitbundig op blote voeten dansend waar bomen groeien en roze bloemen bloeien, terwijl de noten tuimelen in het groene gras, tot het bloed in mijn oren fonkelt op het ritme van de aarde,
hetzij in een donkere kamer, weggedoken met een koptelefoon, mijn wonden likkend onder een warm dekentje in een zacht bed met naast mij een zwarte hond die natte kusjes geeft, tot de sterren opnieuw schitteren in de nacht en het kind in mij naar huis huppelt, haar tong uitstekend naar de man met de zeis.
Ik trok naar de kust
op zoek naar een fris hoofd
en een beetje rust
"Hier mag je struinen"
Ik laat mijn voetsporen en zorgen
achter in de duinen
Ik laat mijn gedachten waaien
zodat ze niet langer
in rondjes draaien
De woelige zee
neemt mijn bewolkte gemoed
met de golfslag mee
Het strand leek er alleen voor mij
Voor de duur van een wandeling
ademde ik weer vrij
De kajuit ruikt naar nazomer
Voorbij het veldboeket op de kleine tafel
glimlacht een warm welkom
Mijn ballast laat los
Ontroering rolt over mijn wang
Mijn hart nestelt zich in een hoekje
en stort zich uit
Achteraf ben ik bezorgd om de schipperin:
heist ze tijdig de zeilen
wanneer de woordenvloed
haar ruim
overspoelt?
PS: ze is oké:
en blij dat ze even mijn
veilige haven mocht zijn
In de dampkring van de liefde, hou ik mezelf staande, reik ik naar de blauwe hemel, bewaar ik met al mijn zintuigen de liefste herinneringen in een rond, plat doosje.
Wanneer het onzichtbare patroon van stikken en verbranden zich herhaalt, schop ik de mistige gedachten onder de aarde en zoek ik op de tast naar een kuur om mijn uitgemergelde hoop nieuw leven in te blazen, tot ik opgelucht mijn kop weer boven water kan steken.
Ik heb mezelf
heruitgevonden
Mezelf de vraag gesteld:
Wat zou je graag...?
Hebben
Eten
Doen
?
En het mezelf cadeau gedaan
met een strikje eromheen
Ik heb haar graag:
dat meisje van 50
dat vrolijk wordt
van haar nieuwe roze kleedje
van chocoladetaart
van zingen met de radio
Ze verdient het
om gelukkig te zijn
Het is tijd
voor mij
Met vallen en opstaan
leerde ze lopen
Vol overgave,
want als ze hard viel
kuste ik haar knie...
Met vallen en opstaan
leerde ze lopen
veel vallen
want ze wist nog niet hoe
veel opstaan
want ze gaf niet op
En kijk:
ze stapt!
Met vallen en opstaan
leerde ik moederen...
Voorzichtig!
Want als ik faalde:
wie kuste er dan
haar knie?